Prins Guus van de Kemphazen staat deze vastelaovend aan de andere kant van de bar

“Ik heb gewoon vrij met de vastelaovend. Toen ik uit kwam als prins hebben we personeel gezocht. Dat is gelukt, alleen moeten ’s ochtends zelf poetsen. Maar in principe sta ik aan de andere kant van de bar.”

Het was juli toen Guus gebeld werd met de vraag van de vorst of hij prins wilde worden. “Ik had darters in het café, dus ik kon niet direct bellen. Ze gingen maar niet naar huis toe. Ik had al ‘ja’ gezegd, voordat ik het Vera kon vragen. ”Guus maakte haar wakker en stelde de vraag. “Ze sprong omhoog en werd wakker. Ik zei dat ik al ‘ja’ had gezegd.”

Toen begon de periode van het geheim houden. “In september gingen ze in het café al vragen of ik prins zou worden. Dat vond ik wel heel vroeg. Ik kon goede smoesjes verzinnen door te zeggen dat ik jonge kinderen en een café heb.” Toch geloofden niet alle bezoekers van Bej Manders hem. Ze stonken er niet in. In november werd bekend dat Guus de nieuwe prins van de Kemphazen was. “Ik droom er niet van, maar het is wel een droom die uitkomt.”

De spreuk heeft ook te maken met het feit dat Guus kroegbaas is: ‘We tappen uit een anger vaat’. “Ik ben heel benieuwd hoe het is om eens aan de andere kant van de bar te staan. Daar heb ik wel veel zin in.”